donderdag 28 juli 2016

Het zuiden van Sardinië



Dag 18

Om 9.00 uur gaan we op pad naar het ten noorden van Cagliari gelegen kunstenaarsstadje
San Sperate. Het is niet ver van Cagliari, een half uur rijden. We stoppen voor een parkje waar allerlei Sculpturen staan opgesteld en er is ook een koffie barretje met zoetigheid voor het ontbijt.
We vragen informatie aan de mevrouw van de koffie en zij wijst ons waar de route door het dorp begint. 


We moeten zijn in de Via E. Marongiu. Op nummer 21 zou het atelier zijn waar alles ooit begonnen is. Eerst lopen we natuurlijk fout. We belanden wel in een straat met huis nummer 21 maar niet de goede straat. Renée informeert bij een man die toevallig daar zijn auto parkeert, of dit de straat is waar kunstenaar Pinuccio Sciola woont. Nee, zegt de man, loop maar even achter mij aan.
En samen benen Renée en de man de straat in terwijl ik nog sta te fotograferen bij een mooie muurschildering.


Als ik opkijk is de straat leeg; geen spoor meer van Renée en de man. Ik loop verdwaast ook maar een stuk de straat in maar even verder bij een driesprong weet ik het helemaal niet meer. Voorzichtig roep ik Renée maar geen antwoord. Ik denk: Dat is lekker, zit ze waarschijnlijk met die Italiaan aan de koffie. Maar met nog 10 minuten doorzoeken heb ik ze eindelijk weer gevonden. Vlak voor de beeldentuin van P.Sciola zijn we weer compleet. We nemen hartelijk afscheid van onze pseudo gids en gaan op eigen houtje weer verder.
We vinden nu ook het huis van de kunstenaar waar de poort openstaat. Voorzichtig kijken we naar binnen en ik zie een man lopen met een foto camera. Misschien ook een kunst liefhebber denk ik.
Dus ook wij de poort binnen en net als ik mijn eerste foto’s wilden nemen word ik geroepen door de man met het fototoestel, die zegt dat dat niet mag. Voorzichtig vraag ik of hij Pinuccio Sciola is. Nee, dat ben ik niet en het is eigenlijk gesloten hier. Ik ben hier om alles te inventariseren met de dochter van Pinuccio Sciola, omdat hij in mei van dit jaar is overleden.
Ik bied mijn verontschuldigingen aan en zeg dat we dat niet wisten. Inmiddels komt ook de dochter van Pinuccio erbij en legt het ons nogmaals uit. Ik mag nog gauw twee plaatjes schieten maar dan moeten we echt gaan. We wensen de familie sterkte en gaan terug naar de auto op zoek naar een camping.


We rijden verder naar het zuiden richting Pula, daar zijn een stuk of drie campings en een Camperplaats. Bij de eerste camping die we op het oog hebben zijn we net op tijd voordat de siësta begint. We schrijven ons in bij de receptie en moeten dan wachten tot er iemand komt die ons een plaats aanwijst. We krijgen een plaats recht tegenover de WC, heel smal zodat we ook onze Fox Wing (luifel) niet kunnen uitzetten en er zitten in de grond een paar enorme boomstronken waar de auto maar net overheen gaat. We kijken elkaar aan en zeggen: “Dit gaat het niet worden:” Het terrein geeft ons verder ook niet de indruk dat er drie keer op een dag wordt aangeharkt.
Dus, terug naar de receptie en ons afmelden. Geen camping Flumendosa van  € 47,-  per nacht en nog eens € 8,- pp voor het gebruik van het zwembad als je niet in zee wilt zwemmen.
Op naar de volgende: de camperplaats. Ook daar is het mutje vol. Er zijn een paar oude, gammele wc gebouwtjes die er uitzien of ze laatste 10 jaar geen likje verf meer hadden gehad. Dus ook hier zwaaien weer af.


Nu naar Teulada, het uiterste zuidpuntje van Sardinië. Daar moet ook nog een camping zijn.
We verrijden ons ook nog even doordat we de coordinaten van een boeren camping hebben ingegeven op de Tom Tom en in “the middle of no where” terecht komen. Met veel moeite komen we gedraaid en na een kilometer of 2  gaan we verder op zoek naar camping Portu Tramatzu
Om een paar minuten over twee staan we voor de receptie en die is dicht want het is siësta.
Dat wordt dus een paar uurtje in de brandende zon wachten. Er komt een man op een scooter en zegt dat we wel even mogen gaan kijken naar vrije plaatsen. We lopen over de camping en noteren vast een paar nummers.
De slagboom staat gewoon open dus denk ik, laat ik maar vast de auto op een plaats zetten dan kunnen we onder een boompje wachten tot we ons kunnen aanmelden.
Onmiddellijk staat de man met de scooter weer achter mij en blaft: “Opkrassen en bij de receptie wachten!” Maar mijnheer zeg ik, ik wil niet gaan opbouwen maar gewoon onder een boom de tijd afwachten. Niks mee te maken, retour receptie dan moet je maar in de bar gaan zitten.
Ook hier kent vriendelijkheid geen tijd.
Om half drie gaat de receptie open. De man knikt met zijn hoofd dat we daar kunnen inschrijven.
Dus denken wij: lekker vroeg, want de siësta duurt normaal tot vier uur.
En dat klopt ook wel, na de inschrijving wordt ons verzocht weer plaats te nemen in de bar en te wachten tot vier uur, dan wordt u opgehaald door de scooter man en die brengt u naar uw plaats.
Er zijn ook een paar Italiaanse auto’s aangekomen voor een plek en ook die schrijven vast in en moeten ook wachten tot de scooter-freak ze komt halen om 4 uur.
Precies op tijd horen we het geluid van de scooter dus zal de man ons begeleiden naar onze plaats.
Mis dus, eerst mogen de Italiaantjes en dan pas mogen wij mee naar plaats 75 waar ik een paar uur eerder ook al had gestaan maar toen werd verjaagd.
Al met al geen gezellige ontvangst met een hapje en een drankje en ook geen Wifi.
Dus een nachtje knorren hier en morgen maar iets fatsoenlijks zoeken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten